direct naar inhoud van Regels
Plan: Veegplan Den Helder 2023
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0400.BPVEEG2023-ONT1

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

Voor de gronden gelegen binnen het Veegplan, blijven de in Hoofdstuk 1 Inleidende regels  opgenomen regels van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • ter plaatse van de in het Veegplan opgenomen bestemmingen, de verbeeldingen van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 worden vervangen, en;
  • het bepaalde in de regels van het Veegplan wordt inachtgenomen, voor zover dit van toepassing is op de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4. In geval van strijdigheid gaan de regels van het Veegplan voor.
1.1 plan:

het bestemmingsplan Veegplan Den Helder 2023 met identificatienummer NL.IMRO.0400.BPVEEG2023-ONT1 van de gemeente gemeente Den Helder;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 van toepassing verklaring:

Het bestemmingsplan "Kamerverhuur, woningsplitsing en Bed&Breakfast 2021" met identificatienummer NL.IMRO.0400.611BSPWONEN2021-VST1, vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Den Helder op 6 september 2021, blijft van toepassing op het plangebied van dit bestemmingsplan, tenzij anders aangegeven.

Het bestemmingsplan "Paraplubestemmingsplan Parkeren 2021" met identificatienummer NL.IMRO.0400.BPPARKEREN2021-VST1, vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Den Helder op 27 september 2021, blijft van toepassing op het plangebied van dit bestemmingsplan, tenzij anders aangegeven.

Het bestemmingsplan "Paraplubestemmingsplan supermarkten" met identificatienummer NL.IMRO.0400.BPSUPERMARKT2021-VST1, vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Den Helder op 11 november 2022, blijft van toepassing op het plangebied van dit bestemmingsplan, tenzij anders aangegeven.

1.4 geldende ruimtelijke plannen:

De bestemmingsplannen, uitwerkingsplannen of wijzigingsplannen:

Bestemmingsplan, uitwerkingsplan of wijzigingsplan   IDN-codering en vaststellingsdatum   "op gronden ter plaatse van de aanduiding ...."  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   NL.IMRO.0400.811BPKOOYPUNT2012-VST1   'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'  
'Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010'   NL.IMRO.0400.516BPJULIANADORPZO-VA01   'overige zone - Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010'  
'Rijksweg 109'   NL.IMRO.0400.516BPRIJKSW1092016-VST1   'overige zone - Rijksweg 109'  
'Huisduinen en de Stelling 2015'   NL.IMRO.0400.612BPSTELLING2015-VST1   'overige zone - Huisduinen en de Stelling 2015'  
'bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013'   NL.IMRO.0400.317BPNWDHCENTR2013-VST1   'overige zone - bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013'  
'DE SCHOOTEN 2012'   NL.IMRO.0400.312BPSCHOOTEN2012-VST1   'overige zone - DE SCHOOTEN 2012'  
'Bestemmingsplan Westoever 2011'   NL.IMRO.0400.319BPWESTOEVER2011-VST1   'overige zone - Bestemmingsplan Westoever 2011'  
'Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'   NL.IMRO.0400.315BP0012010-VST1   'overige zone - Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'  
'Julianadorp 2017'   NL.IMRO.0400.511BPJULDORP2017-   'overige zone - Julianadorp 2017'  
'LANDELIJK GEBIED 2011'   NL.IMRO.0400.412BPLANDGEB2011-VST1   'overige zone - LANDELIJK GEBIED 2011'  
'NIEUW DEN HELDER ZUID 2012'   NL.IMRO.0400.318BPNWDHZUID2012-VST1   'overige zone - NIEUW DEN HELDER ZUID 2012'  
'Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'   NL.IMRO.0400.214BPStadshart2010-VST1   'overige zone - Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'  
'Nieuw Den Helder West 2006'   NL.IMRO.04000000311BPNWDHW2006-   'overige zone - Nieuw Den Helder West 2006'  
'bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012'   NL.IMRO 0400.220BPStadshartZuid2012-VST1   'overige zone - bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012'  
'STADSHART WEST 2016'   NL.IMRO.0400.211BPSHWEST2016-VST1   'overige zone - STADSHART WEST 2016'  
1.5 bestaand:
  • a. bij bouwwerken: bestaand, in uitvoering of vergund ten tijde van de terinzagelegging van het bestemmingsplan als ontwerp;
  • b. bij gebruik: bestaand ten tijde van het van kracht worden van het betreffende gebruiksverbod;
1.6 beperkt kwetsbaar object:

een beperkt kwetsbaar object als bedoeld in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;

1.7 gevoelige bestemming:

woonbestemming of een andere bestemming waar mensen permanent verblijven, met uitzondering van die gebouwen behorende bij de betreffende inrichting inclusief diens bedrijfswoning;

1.8 internetwinkel:

het uitsluitend via het internet verkopen of leveren van goederen aan consumenten waarbij er ter plaatse alleen sprake is van:

  • 1. een elektronische transactie;
  • 2. een opslag- en verzendfunctie.
1.9 kwetsbaar object:

een kwetsbaar object als bedoeld in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;

1.10 opslagunit:

gebouw of een gedeelte van een gebouw uitsluitend bedoeld voor het opslaan van goederen;

1.11 schuilstal:

een niet voor bewoning bestemd gebouw dat dient voor het onderbrengen van hobbymatig gehouden vee tegen weersinvloeden;

1.12 windturbine:

een door wind aangedreven bouwwerk waarmee energie wordt opgewekt, inclusief de bij dit bouwwerk behorende infrastructurele voorzieningen, met uitzonderingen van traditionele windmolens of replica’s hiervan.

Artikel 2 Wijze van meten

Voor de gronden gelegen binnen het Veegplan, blijven alle regels van Artikel 2 Wijze van meten de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • ter plaatse van de in het Veegplan opgenomen bestemmingen, de verbeeldingen van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 worden vervangen, en;
  • het bepaalde in de regels van het Veegplan wordt inachtgenomen, voor zover dit van toepassing is op de de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4. In geval van strijdigheid gaan de regels van het Veegplan voor.

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 de ashoogte van een windturbine:
  • 1. turbines met een horizontale as: vanaf het middelpunt van de as van de wieken tot aan het aansluitende afgewerkte terrein;
  • 2. turbines met een verticale as: vanaf de bovenkant van de rotor tot aan het aansluitende afgewerkte terrein;

afbeelding "i_NL.IMRO.0400.BPVEEG2023-ONT1_0002.png"

2.2 de tiphoogte van een windturbine:
  • 1. turbines met een horizontale as: de ashoogte van een windturbine plus de straal van de rotorcirkel;
  • 2. turbines met een verticale as: de ashoogte van een windturbine plus het deel van de rotorbladen dat daarbovenuit steekt;

afbeelding "i_NL.IMRO.0400.BPVEEG2023-ONT1_0003.png"

2.3 de rotordiameter:

de diameter wordt bepaald door het maximale bereik van de rotordiameter, gemeten loodrecht op de as;

afbeelding "i_NL.IMRO.0400.BPVEEG2023-ONT1_0004.png"

2.4 de masthoogte van een windturbine:

de hoogte tot aan (de onderzijde van) de gondel van een windturbine;

2.5 de bouwhoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Voor de gronden gelegen binnen het Veegplan, blijven de in Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels  opgenomen regels van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • ter plaatse van de in het Veegplan opgenomen bestemmingen, de verbeeldingen van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 worden vervangen, en;
  • het bepaalde in de regels van het Veegplan wordt inachtgenomen, voor zover dit van toepassing is op de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4. In geval van strijdigheid gaan de regels van het Veegplan voor.

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Toegevoegde regeling(en)
3.1.1 Specifieke gebruiksregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   Agrarisch   Artikel 3  
'Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010'   Agrarisch   Artikel 3  
'Rijksweg 109' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Rijksweg 109'   Agrarisch   Artikel 3  
'Huisduinen en de Stelling 2015' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Huisduinen en de Stelling 2015'   Agrarisch   Artikel 3  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

Tot een gebruik strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 1 sub c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van schuilstallen voor hobbymatig gehouden vee;
3.1.2 Afwijken van de gebruiksregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   Agrarisch   Artikel 3  
'Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010'   Agrarisch   Artikel 3  
'Rijksweg 109' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Rijksweg 109'   Agrarisch   Artikel 3  
'Huisduinen en de Stelling 2015' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Huisduinen en de Stelling 2015'   Agrarisch   Artikel 3  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

Het bevoegde gezag kan mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de verkeersveiligheid;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden;
  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden,

met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • artikel 3.1.1, en toestaan dat een schuilstal voor vee wordt gebouwd, met dien verstande dat:
    • 1. de schuilstal uitsluitend bestemd is als schuilvoorziening voor weersomstandigheden voor hobbymatig gehouden vee, zijnde vee dat niet bedrijfsmatig wordt gehouden;
    • 2. op of aansluitend aan het bouwperceel van aanvrager geen ruimte is voor een schuilstal;
    • 3. een schuilstal uitsluitend mag worden gebouwd op een perceel met een minimum oppervlakte van 5.000 m2;
    • 4. er niet meer dan 1 schuilstal per perceel met een minimum oppervlakte van 5.000 m2 wordt gebouwd.
    • 5. de afstand tot een (bedrijfs)woning bedraagt minimaal 50 m;
    • 6. de oppervlakte van de schuilstal maximaal 30 m2 bedraagt;
    • 7. de goot- en bouwhoogte van de schuilstal maximaal 2 respectievelijk 3 meter bedragen, met dien verstande dat de schuilstal niet plat afgedekt mag worden;
    • 8. het gebouw is met maximaal drie wanden omsloten;
    • 9. de schuilstal wordt op minimaal 30 m vanaf de openbare weg gebouwd;
    • 10. de schuilstal landschappelijk wordt ingepast, met dien verstande dat de schuilstal dient te worden gesitueerd aan de randen van het perceel, nabij bestaande bosschages, houtwallen, begroeiingen, opstanden, waterlopen of erfafscheidingen, of in de hoek van een perceel, bij voorkeur aansluitend bij bestaande opstanden.
    • 11. het opslaan van bouwmateriaal, gemotoriseerde voertuigen, landbouw voertuigen is niet toegestaan, evenals het gebruik als berging of hobbyruimte ten behoeve van een bedrijf of (bedrijfs)woning;
    • 12. het is niet toegestaan een schuilstal te realiseren voor de (semi-)permanente stalling van dieren;
    • 13. geen afbreuk wordt gedaan aan natuurlijke waarden en de waterhuishouding;
    • 14. de afstand van een schuilstal tot gasinfrastructuur bedraagt niet minder dan de bij de leiding behorende belemmeringenstrook, tenzij de leidingbeheerder instemt met een kortere afstand;
    • 15. schuilstallen in N2000- en NNN-gebied niet zijn toegestaan;
    • 16. ecologisch onderzoek wordt verricht.

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013'   Bedrijf   Artikel 4  
'DE SCHOOTEN 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - DE SCHOOTEN 2012'   Bedrijf   Artikel 3  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

4.2 Toegevoegde regeling(en)
4.2.1 Bestemmingsomschrijving
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Westoever 2011' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Westoever 2011'   Bedrijf   Artikel 3  
'Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'   Bedrijf   Artikel 3  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

De voor ‘Bedrijf’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • internetwinkels.
4.2.2 Bouwregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Westoever 2011' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Westoever 2011'   Bedrijf   Artikel 3  
'Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'   Bedrijf   Artikel 3  
'DE SCHOOTEN 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - DE SCHOOTEN 2012'   Bedrijf   Artikel 3  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

  • Opslagunits

Voor het bouwen opslagunits gelden de volgende regels:

  • c. de oppervlakte van de opslagunit bedraagt minimaal 100 m2.
4.2.3 Specifieke gebruiksregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Westoever 2011' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Westoever 2011'   Bedrijf   Artikel 3  
'Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'   Bedrijf   Artikel 3  
'DE SCHOOTEN 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - DE SCHOOTEN 2012'   Bedrijf   Artikel 3  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

  • Internetwinkels

Voor de uitoefening van een internetwinkel gelden de volgende regels:

  • a. de (detail)handel verloopt louter via het internet;
  • b. een afhaalpunt, pick-up-point en retourpunt is niet toegestaan, met uitzondering van bestaande situaties;
  • c. er is geen sprake van uitstalling ten verkoop (toonzaal/showroom waar goederen kunnen worden bezichtigd) en er kunnen geen goederen worden uitgeprobeerd, hierbij inbegrepen inloop- of kijkdagen;
  • d. parkeren vindt uitsluitend op eigen terrein plaats.
4.2.4 Specifieke gebruiksregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Westoever 2011' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Westoever 2011'   Bedrijf   Artikel 3  
'Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'   Bedrijf   Artikel 3  
'DE SCHOOTEN 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - DE SCHOOTEN 2012'   Bedrijf   Artikel 3  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

  • Opslagunits

Tot een gebruik strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van opslagunits voor horeca.

Artikel 5 Bedrijventerrein

5.1 Toegevoegde regeling(en)
5.1.1 Bestemmingsomschrijving
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   Bedrijventerrein   Artikel 4  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

De voor ‘Bedrijventerrein’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • internetwinkels.
5.1.2 Bouwregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   Bedrijventerrein   Artikel 4  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

  • Opslagunits

Voor het bouwen opslagunits gelden de volgende regels:

  • b. de oppervlakte van de opslagunit bedraagt minimaal 100 m2 .
5.1.3 Specifieke gebruiksregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   Bedrijventerrein   Artikel 4  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

  • Internetwinkels

Voor de uitoefening van een internetwinkel gelden de volgende regels:

  • a. de (detail)handel verloopt louter via het internet;
  • b. een afhaalpunt, pick-up-point en retourpunt is niet toegestaan, met uitzondering van bestaande situaties;
  • c. er is geen sprake van uitstalling ten verkoop (toonzaal/showroom waar goederen kunnen worden bezichtigd) en er kunnen geen goederen worden uitgeprobeerd, hierbij inbegrepen inloop- of kijkdagen;
  • d. parkeren vindt uitsluitend op eigen terrein plaats.
5.1.4 Specifieke gebruiksregels
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   Bedrijventerrein   Artikel 4  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van het bepaalde in dit sublid.

  • Opslagunits

Tot een gebruik strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van opslagunits voor horeca.

Artikel 6 Gemengd - 3

6.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Julianadorp 2017' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Julianadorp 2017'   Gemengd - 3   Artikel 7  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7 Maatschappelijk

7.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013'   Maatschappelijk   Artikel 9  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 8 Recreatie

8.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'LANDELIJK GEBIED 2011' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - LANDELIJK GEBIED 2011'   Recreatie   Artikel 9  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9 Tuin

9.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012'   Tuin   Artikel 11  
'Nieuw Den Helder West 2006' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Nieuw Den Helder West 2006'   Tuin   Artikel 4  
'bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - bestemmingsplan Nieuw Den Helder Centrum 2013'   Tuin   Artikel 11  
'Julianadorp 2017' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Julianadorp 2017'   Tuin   Artikel 12  
'Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'   Tuin   Artikel 12  
'NIEUW DEN HELDER ZUID 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - NIEUW DEN HELDER ZUID 2012'   Tuin   Artikel 6  
'DE SCHOOTEN 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - DE SCHOOTEN 2012'   Tuin   Artikel 11  
'Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'   Tuin   Artikel 8  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 10 Verkeer - Verblijf

10.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'   Verkeer - Verblijf   Artikel 14  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 11 Wonen

11.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'   Wonen   Artikel 16  
'Julianadorp 2017' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Julianadorp 2017'   Wonen   Artikel 16  
'STADSHART WEST 2016' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - STADSHART WEST 2016'   Wonen   Artikel 19  
'Huisduinen en de Stelling 2015' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Huisduinen en de Stelling 2015'   Wonen   Artikel 21  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 12 Woongebied

12.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan De Dogger Zuid-West 2010'   Woongebied   Artikel 14  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 13 Waarde - Archeologie

13.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'   Waarde - Archeologie   Artikel 18  
'bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012'   Waarde - Archeologie   Artikel 18  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 14 Waarde - Beschermd stadsgezicht

14.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'   Waarde - Beschermd stadsgezicht   Artikel 19  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Artikel 15 Waterstaat - Waterkering

15.1 Van toepassing verklaring
Bestemmingsplan   Bestemming   Regeling  
'Huisduinen en de Stelling 2015' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Huisduinen en de Stelling 2015'   Waterstaat - Waterkering   Artikel 26  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde bestemming van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Voor de gronden gelegen binnen het Veegplan, blijven de in Hoofdstuk 3 Algemene regels  opgenomen regels van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • ter plaatse van de in het Veegplan opgenomen bestemmingen, de verbeeldingen van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 worden vervangen, en;
  • het bepaalde in de regels van het Veegplan wordt inachtgenomen, voor zover dit van toepassing is op de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4. In geval van strijdigheid gaan de regels van het Veegplan voor.

Artikel 16 Anti-dubbeltelregel

Grond welke eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 17 Algemene aanduidingsregels

17.1 Toegevoegde regeling(en)

Voor de gronden gelegen binnen onderstaand genoemde plannen, worden onderstaande algemene aanduidingsregels toegevoegd.

Bestemmingsplan   Regeling  
'LANDELIJK GEBIED 2011' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - LANDELIJK GEBIED 2011'   Algemene aanduidingsregels  
'Bestemmingsplan Kooypunt 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012'   Algemene aanduidingsregels  
'Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010'   Algemene aanduidingsregels  
'Rijksweg 109' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Rijksweg 109'   Algemene aanduidingsregels  
17.1.1 Luchtvaartverkeerzone - ILS
  • a. Aanduidingsomschrijving

De voor 'luchtvaartverkeerzone - ILS' aangeduide gronden zijn mede bestemd voor het voorkomen van verstoring van het ILS systeem.

  • b. Bouwregels

Op de met 'luchtvaartverkeerzone - ILS' aangeduide gronden zal de bouwhoogte van bouwwerken binnen de ter plaatse voorkomende bestemmingen ten hoogste de ter plaatse aangegeven 'maximum bouwhoogte - ILS (m)', ten opzichte van NAP, bedragen. De maximaal toelaatbare bouwhoogte tussen de aangegeven contouren wordt door lineaire interpolatie bepaald.

  • c. Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 17.1.1 sub b in die zin dat de bouwhoogte, ten opzichte van NAP, wordt overschreden, mits:

  • a. de bouwhoogte de werking van het ILS systeem niet in onaanvaardbare mate negatief beïnvloedt;
  • b. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van het ILS systeem.
17.1.2 Luchtvaartverkeerzone - Obstakelbeheergebied
  • a. Aanduidingsomschrijving

De voor 'luchtvaartverkeerzone - Obstakelbeheergebied' aangeduide gronden zijn mede bestemd voor het voorkomen van verstoring van het Obstakelbeheergebied systeem.

  • b. Bouwregels

Op de met 'luchtvaartverkeerzone - Obstakelbeheergebied' aangeduide gronden zal de bouwhoogte van bouwwerken binnen de ter plaatse voorkomende bestemmingen ten hoogste de ter plaatse aangegeven 'maximum bouwhoogte - Obstakelbeheergebied (m)', ten opzichte van NAP, bedragen. De maximaal toelaatbare bouwhoogte tussen de aangegeven contouren wordt door lineaire interpolatie bepaald.

  • c. Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 17.1.2 sub b in die zin dat de bouwhoogte, ten opzichte van NAP, wordt overschreden, mits:

  • a. de bouwhoogte de werking van het Obstakelbeheergebied systeem niet in onaanvaardbare mate negatief beïnvloedt;
  • b. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van het Obstakelbeheergebied systeem.
17.1.3 Vrijwaringszone - LAR
  • a. Aanduidingsomschrijving

De voor 'luchtvaartverkeerzone - LAR' aangeduide gronden zijn mede bestemd voor het voorkomen van verstoring van het LAR systeem.

  • b. Bouwregels

Op de met 'luchtvaartverkeerzone - LAR' aangeduide gronden zal de bouwhoogte van bouwwerken binnen de ter plaatse voorkomende bestemmingen ten hoogste de ter plaatse aangegeven 'maximum bouwhoogte - LAR (m)', ten opzichte van NAP, bedragen. De maximaal toelaatbare bouwhoogte tussen de aangegeven contouren wordt door lineaire interpolatie bepaald.

  • c. Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 17.1.3 sub b in die zin dat de bouwhoogte, ten opzichte van NAP, wordt overschreden, mits:

  • a. de bouwhoogte de werking van het LAR systeem niet in onaanvaardbare mate negatief beïnvloedt;
  • b. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van het LAR systeem.
17.1.4 Vrijwaringszone - CVOR/DME
  • a. Aanduidingsomschrijving

De voor 'luchtvaartverkeerzone - CVOR/DME' aangeduide gronden zijn mede bestemd voor het voorkomen van verstoring van het CVOR/DME systeem.

  • b. Bouwregels

Op de met 'luchtvaartverkeerzone - CVOR/DME' aangeduide gronden zal de bouwhoogte van bouwwerken binnen de ter plaatse voorkomende bestemmingen ten hoogste de ter plaatse aangegeven 'maximum bouwhoogte - CVOR/DME (m)', ten opzichte van NAP, bedragen. De maximaal toelaatbare bouwhoogte tussen de aangegeven contouren wordt door lineaire interpolatie bepaald.

  • c. Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 17.1.4 sub b in die zin dat de bouwhoogte, ten opzichte van NAP, wordt overschreden, mits:

  • a. de bouwhoogte de werking van het CVOR/DME systeem niet in onaanvaardbare mate negatief beïnvloedt;
  • b. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van het CVOR/DME systeem.
17.2 Van toepassing verklaring
17.2.1 Geluidzone - Industrie
Bestemmingsplan   Regeling  
'Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010'   Algemene aanduidingsregels  
'bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012' ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - bestemmingsplan Stadshart Zuid 2012'   Algemene aanduidingsregels  

Voor de gronden gelegen binnen bovenstaand genoemd plan, is de bovenstaand genoemde aanduidingsregel van overeenkomstige toepassing.

Artikel 18 Algemene bouwregels

18.1 Kleine windturbines

Het bouwen van kleine windturbines is niet toegestaan, met uitzondering van:

  • a. windturbines waarvan de bouw wordt toegestaan in de regels van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4.

Artikel 19 Algemene afwijkingsregels

19.1 Kleine windturbines

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in de regels van van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 ten behoeve van het plaatsen van één kleine windturbine in het buitengebied ter plaatse van de aanduiding

  • 'overige zone - LANDELIJK GEBIED 2011';
  • 'overige zone - Bestemmingsplan Kooypunt 2012';
  • 'overige zone - Bestemmingsplan Julianadorp Zuid-Oost 2010';
  • 'overige zone - Rijksweg 109';

mits:

  • a. de kleine windturbine wordt gebouwd op een agrarisch bouwperceel of op een bouwperceel van ten minste 1 hectare waar een stedelijke activiteit is toegestaan;
  • b. de ashoogte bedraagt niet meer dan 15 meter gemeten vanaf het maaiveld;
  • c. de maximale rotordiameter is gelijk aan de ashoogte;
  • d. de klein windturbine landschappelijk wordt ingepast, hiertoe wordt ter beoordeling bij een aanvraag om omgevingsvergunning een landschappelijk inpassingsplan bijgevoegd, waarin wordt onderbouwd hoe de windturbine in landschappelijk opzicht aansluit op de bijbehorende bebouwing en op welke manier de windturbine ruimtelijk is ingepast;
  • e. de afstand tot de dichtstbijzijnde gevoelige bestemming bedraagt minimaal viermaal de   masthoogte;
  • f. de afstand tot een andere kleine windturbine bedraagt niet minder dan drie keer de rotordiameter;
  • g. de afstand tot ondergrondse en bovengrondse leidingen als bedoeld in het Besluit externe veiligheid buisleidingen (dan wel diens rechtsopvolger) bedraagt niet minder dan 25,00 m, tenzij de leidingbeheerder instemt met een kortere afstand;
  • h. de afstand tot hoogspanningsinfrastructuur bedraagt niet minder dan de maximale werpafstand bij twee keer het nominaal toerental van de kleine windturbine (HAT-type), tenzij de netbeheerder instemt met een kortere afstand;
  • i. de afstand tot openbaar gebied is zodanig dat de wieken of de constructie van de kleine windturbine niet overhangt boven openbaar gebied;
  • j. er mogen geen windturbines worden gebouwd in N2000- en NNN-gebied;
  • k. ecologisch onderzoek wordt verricht;
  • l. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. de verkeersveiligheid;
    • 2. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 3. de landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden;
    • 4. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • m. de geluidsproductie van de kleine windturbines voldoet aan de eisen van het Activiteitenbesluit milieubeheer en de Activiteitenregeling milieubeheer, dan wel diens equivalenten onder de Omgevingswet;
  • n. de afstand tot de dichtstbijzijnde beperkt kwetsbare objecten van derden bedraagt minimaal eenmaal de rotordiameter;
  • o. een kleine windturbine moet buiten de plaatsgebonden risicocontour van 10-6 per jaar voor kwetsbare objecten worden gesitueerd, met dien verstande dat dit ook geldt voor huisvestingslocaties voor arbeidsmigranten op het onder a bedoelde perceel;
  • p. de afstand van een kleine windturbine tot een waterkering bedraagt niet minder dan de tiphoogte van de windturbine;
  • q. gebruik wordt gemaakt van bouwmaterieel voor het bouwrijp maken en het bouwen dat emissieloos is, met dien verstande dat:
    • 1. toch niet-emissieloos bouwmaterieel wordt gebruikt voor het bouwrijp maken en het bouwen als aantoonbaar op een andere manier kan worden bereikt dat het bouwrijp maken en het bouwen niet leidt tot significante negatieve gevolgen voor stikstof gevoelige habitattypen in Natura 2000-gebieden.

De gemeente kan nadere eisen stellen aan de plaats, omvang en het gebruik van de kleine windturbine ten behoeve van:

  • 1. de bezonningsituatie;
  • 2. lichttoetreding in nabijgelegen bebouwing;
  • 3. zichtlijnen of visuele hinder;
  • 4. het voorkomen van slagschaduw;
  • 5. risico's voor gevoelige of kwetsbare objecten;
  • 6. geluidshinder;
  • 7. de mogelijkheid tot voortzetting dan wel uitbreiding van een bestaand bedrijf.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Voor de gronden gelegen binnen het Veegplan, blijven de in Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels  opgenomen regels van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • ter plaatse van de in het Veegplan opgenomen bestemmingen, de verbeeldingen van de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4 worden vervangen, en;
  • het bepaalde in de regels van het Veegplan wordt inachtgenomen, voor zover dit van toepassing is op de geldende ruimtelijke plannen zoals genoemd in artikel 1.4. In geval van strijdigheid gaan de regels van het Veegplan voor.

Artikel 20 Overgangsrecht

20.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het gestelde in sub a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in sub a met maximaal 10%.
  • c. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
20.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in sub a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 21 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

“Regels van het Veegplan Den Helder 2023".