Type plan: wijzigingsplan
Naam van het plan: Schoolweg 68, te Julianadorp
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0400.513WPSCHOOLW682015-VST1

Regels

1 Inleidende regels

De regels die deel uitmaken van het bestemmingsplan Julianadorp Oost 2011, zoals vervat in de bestandenset met planidentificatie NL.IMRO.0400.513BPJDORPOOST2011-VST1 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen) zijn onverkort van toepassing op het wijzigingsplan 'Schoolweg 68, te Julianadorp' van de gemeente Den Helder.

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

Het wijzigingsplan 'Schoolweg 68, te Julianadorp' met identificatienummer NL.IMRO.0400.513WPSCHOOLW682015-VST1 van de gemeente Den Helder;

1.2 wijzigingsplan:

De geometrische beplaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

2 Bestemmingsregels

Artikel 2 Wonen

2.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Wonen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. Woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep;
  2. Ter plekke van de aanduiding “bedrijf aan huis” is dienstverlening op de begane grond toegestaan;
  3. Ter plekke van de aanduiding “horeca met categorie 5”, is een horecabedrijf met categorie 5 toegestaan;
  4. Ter plekke van de aanduiding “Maatschappelijk”, is een maatschappelijke functie toegestaan;
met daaraan ondergeschikt:
  1. aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen;
  2. nutsvoorzieningen;
met de daarbij behorende:
  1. tuinen en erven;
  2. bouwwerken, geen gebouw zijnde.

2.2 Bouwregels

2.2.1
Voor het bouwen van hoofdgebouwen en gebouwen binnen de aanduiding ‘bedrijf aan huis’ gelden de volgende regels:
  1. als hoofdgebouw mogen uitsluitend woonhuizen worden gebouwd, uitgezonderd de gronden aangeduid met ‘bedrijf aan huis’, alwaar bebouwing ten behoeve van hetbedrijf aan huis is toegestaan;
  2. een hoofdgebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  3. eenwoonhuis dient in de gevellijn te worden gebouwd;
  4. ter plaatse van de aanduiding ‘maximale goot- en bouwhoogte (m)’ mogen de goot- en bouwhoogte van een gebouw niet meer dan de aangegeven hoogte bedragen;
  5. ter plaatse van de aanduiding ‘bedrijf aan huis’ mogen bouwwerken worden gebouwd met:
  • een maximale goothoogte van 3,0 meter en een maximale bouwhoogte van 4,5 meter en/of
  • ter plaatse van de aanduiding ‘maximale goot- en bouwhoogte (m)’ mogen de goot- en bouwhoogte van een gebouw niet meer dan de aangegeven hoogte bedragen en/of;
  • niet meer dan de bestaande met vergunning gerealiseerde goot- en bouwhoogte;
  1. Op woningen met een verschil tussen goot- en bouwhoogte van niet meer dan 2,50 m1, mogen dakkapellen tot de noklijn worden gebouwd, mits:
    1. deze worden gebouwd op achterdakvlakken en/of zijdakvlakken van het hoofdgebouw, mits deze niet zijn gericht op openbare ruimte of groenvoorzieningen;
    2. deze een horizontaal dakvlak hebben;
    3. dit dakvlak wordt gebouwd vanuit de nok van het hoofdgebouw;
    4. maximaal twee dakkapellen aaneen worden gebouwd met een zijdelingse afstand tot de perceelsgrens van 0,5 meter;
  2. Een gebouw mag uitsluitend worden gebouwd indien wordt voldaan aan de parkeernormen zoals die zijn opgenomen in bijlage B.
2.2.2
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen buiten het bouwvlak gelden de volgende regels:
  1. als gebouwen mogen uitsluitend aan- en uitbouwen en bijgebouwen worden gebouwd;
  2. het gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, overkappingen en  bijgebouwen op een bouwperceel mag:
    1. niet meer dan 45mbedragen met een maximum van 50% van het oppervlak van het achtererf of;
    2. niet meer dan 10% van het achtererf bedragen met een maximum van 100mof,
    3. niet meer dan het bestaande met vergunning bebouwde oppervlak bedragen;
  3. de goothoogte en bouwhoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan hierna is aangegeven:

Bouwwerken
Max. goothoogte
Max. bouw hoogte
   
Aan- en uitbouwen
niet meer dan 0,25 m1 boven de vloer van de eerste verdieping, met een maximum van4,0 m1
4,5 m1
Bijgebouwen
3,0 m1
4,5 m1
overkappingen
 
3,5m1
 
  1. een dakhelling van aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer dan 55 graden bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte op de perceelsgrens maximaal de lid 1.2.2, sub c, gestelde maximale goothoogte bedraagt.
 
 
2.2.3
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende bepalingen:
  1. de bouwhoogte van masten en palen mag niet meer dan 9 meter bedragen;
  2. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen met dien verstande dat:
    1. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gelegen gevel c.q. het verlengde daarvan niet meer dan 1 meter mag bedragen;
    2. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen gelegen achter de voorgevel of het verlengde daarvan maar binnen 1 meter vanaf de grens met de bestemmingen ‘Verkeer - Verblijf’ en ‘Verkeer’ mag niet meer dan 1 meter bedragen met daarop een open constructie met een minimale maaswijdte van 10 cm tot een maximale hoogte van 2 meter t.o.v peil;
  3. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag niet meer dan 1,50 meter bedragen.

2.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
  1. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  2. een goede woonsituatie;
  3. de verkeersveiligheid;
  4. de sociale veiligheid;
  5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

2.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming met uitzondering van de gronden begrepen in de aanduiding Horeca met categorie 5, wordt in ieder geval gerekend:
  1. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van beroeps- of bedrijfsactiviteiten, met uitzondering van de beroeps- of bedrijfsactiviteiten welke voldoen aan de volgende criteria:
    1. het betreft een aan-huis-verbonden beroep, waarbij de activiteiten met betrekking tot een aan huis gebonden beroep zowel naar gebruik als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk doen aan het (woon) karakter van de woning en wijk;
    2. het geen detailhandel betreft, tenzij het als ondergeschikte nevenactiviteit van het in de woning uitgeoefende aan huis gebonden beroep plaatsvindt;
    3. de bedrijfsvloeroppervlakte beslaat niet meer dan 30% van de totale gezamenlijke begane grond vloeroppervlakte van de aanwezige hoofdbebouwing op het bouwperceel, met een maximum van 35 m²;
    4. onverlet het bepaalde in sub 3, mag ter plekke van de aanduiding ‘bedrijf aan huis’ het totale oppervlak gelegen binnen de aanduiding worden gebruikt ten behoeve de uitoefening van het bedrijf aan huis;
  2. het gebruik van de gronden en gebouwen strijdig met de parkeernormen, zoals die zijn opgenomen in bijlage B.

2.5 Afwijken van de gebruiksregels

Er kan met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
 
het bepaalde in artikel 1.4, lid a, sub 3, ten behoeve van het realiseren van een praktijk- en/of kantoorruimte in aan- en /of uitbouwen, ten behoeve van een aan-huis-gebonden beroep, in die zin dat de beroeps- c.q. bedrijfsoppervlakte wordt vergroot tot ten hoogste 40% van de totale begane grondoppervlakte tot een maximum van 50m2, mits
  1. hierop in mindering wordt gebracht de oppervlakte voor deze activiteiten die onder de werking van artikel 13 ten aanzien van de ontheffing voor het gebruik ten behoeve van praktijk- en/of kantoorruimte wordt toegestaan;
  2. voldaan wordt aan de parkeernorm van 0,575 parkeerplaatsen per 50m2 bruto vloer oppervlak op het eigen terrein.
Er behoeft aan deze parkeernorm niet voldaan te worden indien aangetoond kan worden dat binnen een straal van 100 m1 van het perceel voldoende parkeerplaatsen aanwezig zijn voor de bouwwerken en het gebruik hiervan binnen dat gebied.

3 Overgangs- en slotregels

Artikel 3 Slotregel

Deze regels kunnen worden aangehaald onder de titel:
 
Regels deel uitmakend van het wijzigingsplan ‘Schoolweg 68, te Julianadorp' van de Gemeente Den Helder.
 
Aldus vastgesteld in de collegevergadering d.d. 3 november 2015.