INHOUD

 

 

planregels

1                     Inleidende regels                                                     3

Artikel 1         Begrippen                                                                                      3

Artikel 2         Wijze van meten                                                                           6

2                     Bestemmingsregels                                                8

Artikel 3         Recreatie                                                                                        8

Artikel 4         Waterstaat - Waterkering                                                            9

3                     Algemene regels                                                   10

Artikel 5         Anti-dubbeltelregel                                                                    10

Artikel 6         Algemene bouwregels                                                              11

Artikel 7         Algemene gebruiksregels                                                        12

Artikel 8         Algemene ontheffingsregels                                                   13

Artikel 9         Algemene procedureregels                                                     14

Artikel 10      Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening         15

4                     Overgangs- en slotregels                                    16

Artikel 11      Overgangsrecht                                                                         16

Artikel 12      Slotregel                                                                                       17

 

 

                                                                                                                                 

 

 

 


1Inleidende regels

Artikel 1          Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

 

bestemmingsplan

de geometrische bepaalde planobjecten met bijbehorende regels als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0400.611BpSlStrJulaZ;

 

plan

het bestemmingsplan Slaap Strandhuisjes Julianadorp aan Zee van de gemeente Den Helder;

verbeelding

de analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijk informatie;

 

aanduiding

een geometrisch bepaald vlak of figuur waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

 

aanduidingsgrens

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

 

ander-werk

een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid;

 

bebouwing

één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;

 

bedrijfsmatige exploitatie

het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer c.q. exploitatie;

 

bestaand

a      bij bouwwerken: een bouwwerk dat op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het plan bestaat of wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd krachtens een bouwvergunning, waarvoor de aanvraag voor het tijdstip van terinzagelegging is ingediend, tenzij in de regels anders is bepaald;

b      bij gebruik: het gebruik dat op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het plan bestaat, tenzij in de regels anders is bepaald;

 

bestemmingsgrens

de grens van een bestemmingsvlak;

 

bestemmingsvlak

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

bouwen

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

 

bouwgrens

de grens van een bouwvlak;

 

bouwvlak

een op de verbeelding aangegeven vlak/ een geometrisch bepaald vlak;

 

bouwwerk

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

 

gebouw

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

 

gebruiken

gebruiken, het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven;

 

hoofdverblijf

de plaats waar een persoon werkelijk verblijft, waar hij zijn zaken behartigt, de post

ontvangt en zijn eigendommen beheert;

 

kampeermiddelen

tent, tentwagen, kampeerauto of (toer)caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig, of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde waarvoor ingevolge artikel 40 van de Woningwet een bouwvergunning is vereist; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf dan wel voor nachtverblijf van personeel, werkzaam op de kampeerplaats waar deze onderkomens of voertuigen zijn geplaatst;

 

maatvoeringsgrens

de grens van een maatvoeringsvlak;

 

maatvoeringsvlak

een op de plankaart als zodanig aangegeven vlak waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels voor bepaalde bouwwerken eenzelfde maatvoering geldt;

 

nachtverblijf

het verblijven, zich ophouden dan wel aanwezig zijn tussen 23:00 uur en 07:00 uur;

 

ontheffing

een ontheffing als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder c van de Wet ruimtelijke ordening;

peil

a      voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;

b      voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter hoogte van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;

c      indien in of op het water wordt gebouwd: de hoogte van het terrein ter plaatse van het meest nabijgelegen punt waar het water grenst aan het vaste land;

 

permanente bewoning

bewoning door een persoon of door groepen van personen van een voor recreatieve bewoning bedoelde ruimte als hoofdverblijf c.q. vaste woon- of verblijfplaats;

 

prostitutie

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;

 

seksinrichting

een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotische/pornografische aard plaatsvinden, waaronder in ieder geval worden verstaan een prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksauto­matenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;

 

slopen

het al dan niet geheel afbreken van gebouwen en andere bouwwerken;

 

uitvoeren

uitvoeren, het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven;

 

voorgevel

de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig dient te worden aangemerkt;

 

wijziging

een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening;

 

woning

een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;

 

zomerseizoen

de periode van 15 maart tot 15 oktober van ieder jaar.

Artikel 2          Wijze van meten

2.1Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

 

de afstand tot de zijdelingse bouwperceelgrens

tussen de zijdelingse grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;

 

de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals

schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

 

de dakhelling

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

 

de goothoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

 

de horizontale diepte van een gebouw

de diepte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd;

 

de inhoud van een bouwwerk

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

 

de oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;

 

de oppervlakte van een overkapping

tussen de buitenzijde van de afdekking van de overkapping, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van de overkapping.

 

verticale diepte van een ondergronds bouwwerk

van het peil tot aan de bovenzijde van de afgewerkte vloer van het ondergrondse (deel van het) bouwwerk.

2.2Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden stoepen, stoeptreden, trappen, funderingen, kelderkoekkoeken, erkers, pilasters, kozijnen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, luifels en balkons buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwgrenzen niet meer dan 1,5 m bedraagt en overige ondergeschikte bouwonderdelen, mits de overschrijding van bouwgrenzen niet meer dan 0,5 m bedraagt.

2.3Bij toepassing van deze regels wordt gemeten tot of vanuit het hart van een lijn en op de schaal waarin het plan is vastgesteld.

 

 

 

2Bestemmingsregels

Artikel 3          Recreatie

3.1bestemmingsomschrijving

De voor Recreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a      dagrecreatie;

b      ter plaatse van de aanduiding recreatiewoning: verblijfsrecreatie in de vorm van de bedrijfsmatige exploitatie van maximaal 45 recreatiewoningen en 1 beheerdersonderkomen uitsluitend gedurende het zomerseizoen;

met bouwwerken geen gebouwen zijnde, water en voorzieningen voor de waterhuishouding.

3.2bouwregels

3.2.1Recreatiewoningen en beheerdersonderkomen voldoen aan de volgende kenmerken:

a      Recreactiewoningen en beheerdersonderkomen dienen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;

b      ter plaatse van de aanduiding “maximale goot- en bouwhoogte (m)” is ten hoogste de aangegeven maximale goot- en bouwhoogte toegestaan;

c      een maximale oppervlakte van 45 m².

3.2.2Bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde maximaal 2 m.

3.3specifieke gebruiksregels

3.3.1Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 eerste lid Wro wordt mede verstaan:

a      een gebruik van de recreatiewoningen als hoofdverblijf ten behoeve van permanente bewoning;

b      een gebruik van de gronden ten behoeve van het plaatsen van kampeermiddelen.

3.3.2in afwijking van het bepaalde in artikel 3.3.1 is nachtverblijf wel toegestaan.
 

Artikel 4          Waterstaat - Waterkering  

4.1bestemmingsomschrijving

De voor Waterstaat - Waterkering aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, primair bestemd voor de bescherming, het onderhoud en de verbetering van de waterkering en om het achtergelegen land tegen onderlopen (inundatie) te beschermen, met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde zoals dijken, duikers, keerwanden en merktekens.

4.2bouwregels

4.2.1In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemming (artikel 3) mag alleen ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd met uitzondering van het bouwen van de in artikel 3.1 lid b genoemde recreatiewoningen.
4.2.2Gebouwen mogen niet worden gebouwd.
4.2.3Bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde maximaal 2 m.

4.3ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 4.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de beheerder van de waterkering.

 

4.4aanlegvergunning 

4.4.1Het is verboden zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van burgemeester en wethouders op de in artikel 4.1 bedoelde gronden de volgende andere-werken uit te voeren:

a      het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;

b      het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeer­voorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;

c      het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen;

d      het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;

e      het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen en aanplanten van gronden en het rooien en/of kappen van bos of andere houtgewassen.

4.4.2Een aanlegvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van de beheerder van de waterkering.
4.4.3Geen aanlegvergunning is nodig voor:

a      andere-werken die het normale onderhoud, gebruik en beheer betreffen;

b      andere-werken die op het moment van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aan­gevraagde dan wel verleende vergunning.

 

3Algemene regels

Artikel 5          Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.


Artikel 6          Algemene bouwregels

6.1In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud en/of afstand tot enige op de verbeelding aangegeven lijn van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen, minder dan wel meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud en/of afstand in afwijking daarvan als minimaal respectievelijk maximaal toegestaan.

6.2In die gevallen dat een bestaand bebouwingspercentage, dat in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt dat bebouwingspercentage in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.


Artikel 7          Algemene gebruiksregels

Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 eerste lid Wro wordt in elk geval verstaan:

a      een gebruik van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;

b      een gebruik van gronden als stallings- en/of opslagplaats van één of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;

c      een gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting dan wel ten behoeve van prostitutie.


Artikel 8          Algemene ontheffingsregels

8.1Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van:

a      in het plan genoemde goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 10% van de goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen;

b      de regels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 2,5 m, en deze noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein of uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de gronden en/of de bebouwing;

c      de regels en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde wordt vergroot tot maximaal 10 m.

8.2Ontheffing als bedoeld in artikel 8.1 kan slechts worden verleend, mits:

a      de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;


Artikel 9          Algemene procedureregels

Op de voorbereiding van een besluit tot ontheffing van het plan is de volgende procedure van toepassing:

a      een ontwerp van het besluit ligt met de bijbehorende stukken gedurende 2 weken ter inzage;

b      burgemeester en wethouders maken de terinzagelegging vooraf bekend in een of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente worden verspreid, op de website van de gemeente en voorts op de gebruikelijke wijze;

c      de bekendmaking houdt de mededeling in van de bevoegdheid tot het indienen van zienswijzen;

d      gedurende de onder a genoemde termijn kunnen belanghebbenden bij burgemeester en wethouders schriftelijk en mondeling zienswijzen indienen omtrent het ontwerp van het besluit.


Artikel 10          Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening

De regels van stedenbouwkundige aard van paragraaf 2.5 van de bouwverordening zijn uitsluitend van toepassing, voorzover het betreft:

a      bereikbaarheid van bouwwerken van wegverkeer, brandblusvoorzieningen;

b      bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;

c      de ruimte tussen bouwwerken;

d      parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden bij of in gebouwen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4Overgangs- en slotregels

Artikel 11          Overgangsrecht

11.1Overgangsrecht bouwwerken

11.1.1Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,

a      gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;

b      na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.

11.1.2Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 11.1.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in artikel 11.1.1 met maximaal 10%.
11.1.3Artikel 11.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.

11.2Overgangsrecht gebruik

11.2.1Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
11.2.2Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel 11.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
11.2.3Indien het gebruik, bedoeld in artikel 11.2.1, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
11.2.4Artikel 11.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.

Artikel 12          Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Slaap Strandhuisjes Julianadorp aan Zee.

 

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 20 september 2010.

 

 

De griffier,                     De voorzitter,

 

 

 

 

………………                ………………