Wijzigingsplan bibliotheek – school 7

 

Artikel 5: Cultuur en ontspanning

 

5. 1. Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Cultuur en ontspanning’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. gebouwen ten behoeve van:

1. culturele voorzieningen, al dan niet in combinatie met:

- gerelateerde detailhandel ter plekke van de aanduiding ‘specifieke vorm van cultuur en ontspanning - detailhandel’;

2. een seksinrichting, ter plaatse van de aanduiding ‘seksinrichting’;

3. horecabedrijven tot en met categorie 2, ter plaatse van de aanduiding ‘horeca tot en met categorie 2’;

b. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten vanwege een industrieterrein, ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone - industrie’;

 

met daaraan ondergeschikt:

c. wegen, straten en paden;

d. parkeervoorzieningen;

e. nutsvoorzieningen;

f. wonen, ter plaatse van de aanduiding ‘wonen’; waarbij het behoud van de in bijlage 3 van de toelichting (bestemmingsplan stadshart Centrum 2010) aangegeven cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd stadsgezicht uitgangspunt is;

 

met de daarbijbehorende:

 

g. tuinen, erven en terreinen;

h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

 

5. 2. Bouwregels

 

5. 2. 1.

Voor het bouwen van de in lid 5.1. sub a. genoemde gebouwen gelden de volgende regels:

a. een gebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;

b. indien en voorzover een gevellijn is aangegeven, zal ten minste één gevel in de gevellijn worden gebouwd;

c. de goot- en bouwhoogte van een gebouw mogen niet meer dan de in artikel 19 genoemde hoogte bedragen;

d. in afwijking van het bepaalde in sub c. mag de bouwhoogte niet meer dan de ter plaatse van de aanduiding ‘maximale bouwhoogte (m)’ aangegeven hoogte bedragen;

e. een gebouw mag uitsluitend worden gebouwd, indien wordt voldaan aan de parkeernomen, zoals die zijn opgenomen in bijlage 3 (bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010).

 

5. 2. 2.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde,

gelden de volgende regels:

a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw c.q. het verlengde daarvan niet meer dan 1,00 m mag bedragen;

b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,00 m bedragen.

 

5. 3. Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

a. de in bijlage 3 van de toelichting aangegeven cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd stadsgezicht;

b. de verkeersveiligheid;

c. de sociale veiligheid;

d. de milieusituatie;

e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; en

f. de situering en de omvang van parkeervoorzieningen.

 

5. 4. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

- het gebruik van de gronden en bouwwerken strijdig met de parkeernormen, zoals die zijn opgenomen in bijlage 3 (Stadshart Centrum 2010).


 

Artikel 14: Verkeer - Verblijf

 

14. 1. Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Verkeer - Verblijf’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. wegen, straten en paden;

b. sloten en bermen;

c. groenvoorzieningen;

d. parkeervoorzieningen;

e. terrassen;

f. detailhandel, niet zijnde grootschalige detailhandel in voedings- en genotmiddelen, dienstverlening, horecabedrijven van categorie 1, maatschappelijke voorzieningen en/of woningen in een uitstekende bouwlaag, ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding - uitstekende bouwlaag’;

g. ondergeschikte horeca in de tweede bouwlaag, ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van horeca – ondergeschikte horeca’;

h. een gedenkteken, ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van maatschappelijk - gedenkteken’;

i. evenementen;

j. een parkeergarage, ter plaatse van de aanduiding ‘parkeergarage’;

k. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten vanwege een industrieterrein, ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone - industrie’;

l. de bescherming van de functie van de waterkering, ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - waterkering’;

 

met daaraan ondergeschikt:

m. nutsvoorzieningen;

n. speelvoorzieningen;

 

waarbij het behoud van de in bijlage 3 van de toelichting (bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010) aangegeven cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd

stadsgezicht uitgangspunt is;

 

met de daarbijbehorende:

o. bergingen c.q. autoboxen, ter plaatse van de aanduiding ‘garage’;

p. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder bruggen en duikers.

 

14. 2. Bouwregels

14. 2. 1.

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

a. bergingen c.q. autoboxen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘garage’ worden gebouwd;

b. ter plaatse van de aanduiding ‘garage’ mag de bouwhoogte van een berging of autobox niet meer dan 3,50 m bedragen;

c. een over de weg uitstekende bouwlaag mag, voor zover het de tweede bouwlaag betreft, worden gebouwd, ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding - uitstekende bouwlaag’ waarbij de bouwhoogte van de bouwlaag niet hoger mag zijn dan het buiten het bestemmingsvlak gelegen gebouw waarvan zij deel uitmaakt.

d. een parkeergarage mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding ‘parkeergarage’;

e. de bouwhoogte van een parkeergarage mag niet meer dan de ter plaatse van de aanduiding ‘maximale bouwhoogte (m)’ aangegeven hoogte bedragen.

 

14. 2. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

a. de bouwhoogte van palen en masten mag niet meer dan 9,00 m bedragen;

b. de bouwhoogte van speelobjecten en speelwerktuigen mag niet meer dan 6,00 m bedragen;

c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, mag niet meer dan

4,00 m bedragen.

 

14. 3. Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

a. de in bijlage 3 van de toelichting (bestemmingsplan Stadshart Centrum 2010) aangegeven cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd stadsgezicht;

b. de verkeersveiligheid;

c. de sociale veiligheid;

d. de milieusituatie;

e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden; en

f. de situering en de omvang van parkeervoorzieningen.

 

14. 4. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval

gerekend:

a. het bedrijfsmatige gebruik van bergingen c.q. autoboxen;

b. het gebruik van bergingen c.q. autoboxen voor bewoning.

 

14. 5. Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen, met inachtneming van een goede woonsituatie, de verkeersveiligheid en de verkeerscirculatie, de sociale veiligheid, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, het plan wijzigen in die zin

dat:

- de bestemming ‘Verkeer - Verblijf’ wordt gewijzigd in de bestemming

‘Cultuur en ontspanning’, mits:

- deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - wijzigingsgebied 5’.